’Voor iedereen die niet wil kiezen tussen Amsterdam, of Rotterdam’
1 NOV 2021 | ADO Den Haag is niet meer, althans niet meer als profclub. De Haagse residentieclub kreeg het niet voor elkaar een sluitende begroting te presenteren, waarmee na eindeloze puntenaftrek door de Nederlandse voetbalbond KNVB werd besloten de hoop op te geven. Met het verdwijnen van ADO is nu 's lands dichtstbevolkte provincie, de regio Rijnmond uitgezonderd (Rotterdam, Dordrecht), verstoken van profvoetbal. De provincie gaat onderzoeken hoe betaald voetbal nieuw leven in te blazen. Voetbalkenners zijn sceptisch: 'voetbal vertegenwoordigt stedelijk gebied, niet een provincie.'
‘Het gebied tussen Amsterdam en Rotterdam; het overgrote deel van Zuid-Holland is nu zonder profclub in het voetbal; dat is te gek voor woorden voor een gebied van ruim anderhalf miljoen mensen, met steden als Den Haag (550.000 inwoners), Zoetermeer (150.000), Leiden (125.000) en Alphen aan de Rijn (113.000)’, vindt Anne Koning de Gedeputeerde voor Recreatie en Sport namens de provincie Zuid-Holland. ‘We gaan kijken wat we hier aan kunnen doen.’
’Pangemeentelijke fusieclub niet levensvatbaar’
Journalist, rasrotterdammer en Spartaan Hugo Borst ziet het zwaar in voor Zuid-Holland, met het verdwijnen van profvoetbal in Den Haag: ‘Deze sport is meer stedelijk van karakter. Mensen associëren het met een plaats, hooguit een streek. In dat laatste geval noemen we ze dan regioclubs. Maar een club voor (bijna) de gehele provincie is onwerkelijk.’
‘Hoe lang werken ze al aan FC Limburg dat er nooit gaat komen? In Vlissingen hebben ze ooit een experiment in het profvoetbal ondernomen, maar waarom bundelt men in Zeeland niet de gemeenschappelijke krachten? Omdat voetbalclubs worden geassocieerd met specifieke plaatsen. Fusieclubs zijn in dit land zelden succesvol gebleken, zeker buiten de eigen gemeentegrenzen. Pangemeentelijke clubs zijn in dit land niet zo levensvatbaar, zoals in -bijvoorbeeld- Duitsland. Tenzij één van de andere gemeenten ontwaakt zie ik het somber in voor het profvoetbal in Zuid-Holland.’
Het is ironisch volgens Borst: ‘voetbal is zogenaamd volkssport nummer één, maar in ons kikkerlandje blijft meer dan een kwart van het volk verstoken van dit spelletje, geografisch gezien zelfs de helft: het meerendeel van Zuid-Holland, Flevoland, Drenthe en de volledige provincie Zeeland. Ons Nederlands voetbal, is -als je naar de kaart kijkt- eerder een Zwitserse gatenkaas.’
Bestemmingsonderzoek
Het provinciale bestuur legt zich hier niet bij neer en wil breken met de trend. Koning: ‘We zijn al een bestemmingsonderzoek gestart. Het mag niet zo zijn dat er in het hele gebied tussen Amsterdam en Rotterdam geen profvoetbal te beleven valt.’ De provincie onderzoekt vier scenario’s.
De eerste variant is een heropleving van een Haagse profclub. Dit zou dan naar het model zijn van bijvoorbeeld AFC Wimbledon in Engeland, die dezelfde naam draagt als een in 2002 verdwenen voorganger. Het oorspronkelijke Wimbledon trok naar een andere plaats ver verwijderd van haar oorspong. Het nieuwe Wimbledon nam de plaats in en de naam over, maar is niet geliëerd aan haar voorganger. Dit zou in theorie kunnen gebeuren met een nieuwe incarnatie van de profclub in Den Haag.
De tweede optie die bestudeerd wordt, is een nieuwe profclub in een andere stad ‘met traditie’. Hoewel niet bij naam genoemd, lijkt het duidelijk dat het hier om Leiden gaat. De stad is groot genoeg, heeft een rijke historie en daarmee een duidelijke eigen identiteit en het heeft ook een topsportklimaat: in het roeien, rugby, basketbal, tafeltennis en diverse vechtsporten staat De Sleutelstad nationaal en soms zelfs internationaal goed aangeschreven.
Fusieclub-principe
Er is bovendien jaarlijks goede aanwas middels de Universiteit Leiden, er spelen een flink aantal amateurclubs in de vier hoogste niveau’s van het amateurvoetbal en bovendien grenst de stad direct aan de gemeente Katwijk, waar in totaal vier clubs uitkomend in de Tweede Divisie spelen. Vandaar dat de derde optie inderdaad uitgaat van het fusieclub-principe. In de toekomstige profclub te Leiden zou het beste van stadsgewest Holland Rijnland (Leiden, Alphen aan de Rijn, plus de Duin- en Bollenstreek) moeten gaan samenkomen.
En daarom onderzoekt de provincie tenslotte ook een combinatie van de drie eerdere ideeën. ‘Wij denken dat we dankzij een gemeenschappelijke professionele betaald voetbalclub, een nieuwe identiteit kunnen creëren: dat kan stad maar ook zeker regio zijn, zeker als je dit schaalvergrotend denken in de context plaatst van een mogelijk toekomstige BeNeLiga’, vindt Gedeputeerde Anne Koning. ‘Een club voor iedereen die niet wil kiezen tussen Amsterdam of Rotterdam! Waarom niet?’
Hugo Borst reageert cynisch: 'Ik kom uit een stad met drie profclubs, omdat wij het échte Rotterdam vertegenwoordigen, Excelsior het aangegroeide noorden en Feyenoord het aangegroeide zuiden, althans zo zien wij Spartanen het. Poitiek is het ons ook nooit gelukt om te fuseren. Weet je nog in de jaren ‘90? Of we van de Randstad ook daadwerkelijk één stedelijk gebied kunnen maken. Of, het land in een kwartet aan regio’s opdelen, in plaats van twaalf provincies. Dat gaat allemaal niet, joh. En dan zou plots een Zuid-Hollandse fusieclub wél recht van bestaan moeten krijgen? Mission: Impossible!’
Voetbalhistorische noodzaak
‘Ondanks de onhaalbaarheid van het absurde idee, onderschrijf ik wel een zekere voetbalhistorische noodzaak’, krabbelt Borst op het einde toch wat terug, voordat hij poëtisch oproept een Zuid-Hollandse voetbaldroogte snel te beeindigen.
'Zie, voetbal regeert in Amsterdam, Eindhoven en Rotterdam. Soms wijkt het uit naar de Zaan, of naar de Achterhoek. Maar wanneer keert het eindelijk terug naar Holland, het episch centrum van dit land? Waar Romeinen langs de Rijn halt hielden en beschaving brachten en waar de Graven van Holland uitstraling en welvaart gaven aan het gebied. Waar Leiden een handelscentrum en een vroeg-industriële grootmacht was en waar er al eeuwenlang bestuurd wordt vanuit Den Haag.
‘In alles was en is Zuid-Holland groter en beter dan de rest. Vanwege dat gebied spreekt het buitenland nog steeds van Holland en niet van The Netherlands. Maar als je in dat buitenland vraagt naar Dutch Football Clubs dan hoor je Ajax, PSV & Feyenoord en vraag je naar bekende voetballers, dan zit er amper een Zuid-Hollander tussen, tenzij je de Kattukker Dirk Kuyt bedoelde. Niemand noemt Lex Schoenmaker, Aad Mansveld of Dick Advocaat. ADO Den Haag? Vergane glorie, een herinnering op een spandoek van de fans van Legia Warschau misschien…’
‘Wat heeft, als je de regio Rotterdam niet meerekent met de rest van de provincie, Zuid-Holland nou laten zien op voetbalgebied? Goed, tien landstitels voor de HVV, maar de laatste dateert van net voor de Eerste Wereldoorlog in 1914. ADO flikte het tweemaal, maar dat was gedurende de Tweede Wereldoorlog. Zuid-Holland kwam fier twee wereldoorlogen door, haar voetbal ging echter ten onder. Tachtig jaar geleden was het, een periode genoeg om als land de tirannie te verdrijven, dat wisten ze in het Zuid-Hollandse Leiden als eerste op 3 oktober 1574. Maar tien jaar geleden kwam er voor het laatst een buitenlandse voetbalclub op bezoek in de provincie. In de voorronde van de Europa League kwam in 2011 het nietige Omonia Nicosia op bezoek; ze bleken te sterk voor wat Zuid-Holland voetballend te bieden had. Voor een échte Europese pot in het hoofdtoernooi moet je inmiddels 33 jaar terug in de tijd.’
Borst sluit af: ‘Genoeg is genoeg! Als men in Den Haag moet lijden, dan moeten ze in Leiden maar gaan leiden. Ik zie geen heil in een fusieclub. Maar ik wil ook weleens mijn stad uit voor een potje Europees voetbal, het liefst voor 2030, dicht bij huis: afgesproken?’